
Jaren geleden was ik als lid van de NvvP betrokken bij het opstellen van de profielschets van de psychiater. Een van de belangrijkste dingen in die profielschets was, dat een psychiater voortaan slechts voor patiënten die hij zelf had gezien een onderzoek of een behandeling kon indiceren. Volgens Ten Doesschate en Hubben werd in deze benadering ten onrechte geen rekening gehouden met het feit dat veel psychiaters werkzaamheden verrichten in dienstverband en dat daarvoor andere juridische en organisatorische regels gelden dan voor zelfstandig gevestigde individueel werkende psychiaters. In de profielschets (die onder leiding van René Kahn, destijds de voorzitter van de NvvP, tot stand kwam) werd de psychiater vooral neergezet als een arts en was zijn patiënt een patiënt - dus een mens die lijdt - , en niet langer meer een cliënt - iemand die gebruik maakt van diensten. Door deze herijking zouden psychiaters eindelijk weer medisch specialist worden en zou er een eind gemaakt worden aan een praktijk waarin een psychiater verantwoordelijk was voor veel patiënten, die hij niet onderzocht.
René Kahn zei in een interview over deze profielschets: ‘Eigenlijk gaat het hier om een heel gewoon onderdeel van de KNMG-beroepscode, maar het is toch een revolutionaire cesuur met het verleden, sterker nog, met een deel van de bestaande praktijk. Als medisch specialisten kunnen we niet meer uitsluitend afgaan op rapportages van arts-assistenten, maatschappelijk werkers of SPV-ers’. De psychiater was vanaf dat moment dus weer dokter, een status waar veel psychiaters - om zich te onderscheiden van klinisch psychologen - prat op gaan. Maar de vraag is of de psychiaters zich sindsdien zijn gaan gedragen als dokter. De vraag stellen is de vraag beantwoorden, heet het tegenwoordig. Ik ben ervan overtuigd dat veel psychiaters hun vak verwaarloosd hebben, zich niet gedragen als dokter en zich nog slechts om een paar redenen onderscheiden van klinisch-psychologen: zij mogen geneesmiddelen voorschrijven, zij mogen ECT toepassen, en zij zijn slechter bedreven in allerlei soorten psychotherapie, zoals cognitieve psychotherapie en EMDR. Er wordt bovendien door een psychiater zelden nog een somatisch onderzoek gedaan, laat staan dat hij een verband legt tussen een somatische stoornis en een psychiatrische ziekte. En aan de praktijk van de psychiater als receptenschrijver voor patiënten die hij niet kent is nog lang geen einde gekomen.
Kort en goed: ik denk dat de psychiater van de toekomst zich echt onderscheidt door dokter te zijn, en wel een bijzondere dokter, die een verband legt tussen het geestelijke welzijn en de lichamelijke conditie van zijn patiënt en de omgeving waarin die zich bevindt. Die psychiater doet interventies om de balans in en tussen deze drie modaliteiten te verbeteren.
Maar dat is niet het enige: onze patiënten staan in een verdomhoekje, tellen niet mee, krijgen geen werk en geen huis. Toekomstige psychiaters dienen politiek actief te zijn en zich bezig te houden met anti-stigmaprogramma’s om aan de samenleving duidelijk te maken dat één op de drie mensen aan een psychische stoornis lijdt, of er in zijn directe omgeving mee te maken heeft. Zij nemen een voorbeeld aan bekende Engelse sporters die helpen het taboe op het hebben van een psychiatrische ziekte weg te nemen door in het anti-stigmaprogramma Time to Change te vertellen over hun eigen psychische problemen. De nieuwe psychiater gaat de barricade op, en helpt samen met de patiënt(-enorganisaties) diens positie te verbeteren. Kortom de nieuwe psychiater is een bevlogen dokter die maatschappelijk actief is en helpt de samenleving veiliger en gezonder te maken.
Tot slot: Er is geen psychiatertekort meer wanneer psychiaters gaan doen waarvoor zij zijn opgeleid.
Stuur deze pagina door >>
Opinie
DSM-5 is nuttig, maar wordt vaak
verkeerd gebruikt
Classificeren via de DSM-5-systematiek is ooit bedacht om klinische professionals en wetenschappers een gemeenschappelijke taal te laten spreken over de aandoening van een cliënt. En om gerichter wetenschappelijk onderzoek te kunnen doen. Marc Verbraak: 'DSM-5 is een nuttig instrument, maar wordt vaak verkeerd gebruikt.' ... Meer
Wat doet Rivierduinen en waarom het leuk is om daar te werken
Audrey van Schaik is sinds half oktober 2022 bestuurder van GGZ Rivierduinen. Zij trad tegelijk met Sam Schoch aan als raad van bestuur en samen staan zij bekend als verbinders en ervaren zorgbestuurders. Audrey is psychiater en heeft jarenlange leidinggevende ervaring binnen diverse onderdelen van verschillende ggz-organisaties. ... Meer
Breng de waarheid boven tafel
Stel, je bent leidinggevende en een medewerker vertelt dat er een structureel probleem is op de afdeling. Natuurlijk neem je dat serieus. Tegelijkertijd loont het om het verhaal in twijfel te trekken. ... Meer
Let op: de Anti-spam code is slechts 15 minuten geldig.
Tip: als u een reactie met veel woorden heeft, typ deze dan eerst in Word en plak hem vervolgens in het Reactieveld hieronder.