
De richtlijn ‘Seksueel contact tussen arts en patiënt’ van de KNMG heeft als ondertitel: het mag niet, het mag nooit. Facebooken over patiënteninformatie hoort eveneens thuis in de categorie ‘het mag niet, het mag nooit’. Dit blijkt uit een recente uitspraak van het Regionaal Tuchtcollege voor de gezondheidszorg te Eindhoven over een facebookende verpleegkundige. Een uitglijder op Facebook leidde tot een waarschuwing van de tuchtrechter. Niet verwonderlijk, want het gaat om schending van het beroepsgeheim.
Wat was er aan de hand? De aangeklaagde is een verpleegkundige en – saillant detail – een oud-leerling van klager, kennelijk docent of voormalig docent in een opleiding tot verpleegkundige. Het geheel doet vermoeden dat de voormalige relatie leraar-leerling niet heel warm is geweest, maar daarover meldt de uitspraak niets dus dat blijft speculeren. Voor de kern van de zaak doet het er ook niet toe.
Klager heeft een gastroscopie ondergaan in het ziekenhuis waar de verpleegkundige werkt. De verpleegkundige is zelf niet betrokken geweest bij de behandeling van klager maar heeft op enig moment wel op een lijst gezien welke behandeling zijn oud-docent zou ondergaan. Tijdens de behandeling kreeg klager Succinylcholine toegediend, een spierverslappend middel.
Op de dag van de behandeling had klager zelf wat berichten op Facebook geplaatst. Enkele weken later verbleef klager met een groep in Duitsland. Een deelnemer van de groep plaatste twee berichten op Facebook waarvan de tweede luidde: “Lekker door de sneeuw geploeterd…, nu ff de benen hoog en ontspannen…”. Daarop plaatste de verpleegkundige – overigens geen directe vriend van klager op Facebook – “Heeft (klager) nog steeds last van zijn benen, na zijn sux ervaring?” Sux was kennelijk een verwijzing naar de bij klager toegediende Succinylcholine.
Een klein en tamelijk cryptisch bericht lijkt het. Maar klager stelt dat mensen uit zijn sociale omgeving naar zijn behandeling hebben gevraagd door het plaatsen van dit bericht op Facebook. Hij klaagt dat de verpleegkundige zich in de openbaarheid van de sociale media niet over details van de behandeling had mogen uitlaten.
Het Tuchtcollege te Eindhoven is onverbiddelijk, verklaart de klacht gegrond en legt de maatregel van waarschuwing op. De verpleegkundige had zich uit hoofde van zijn beroepsgeheim dienen te onthouden van “het doen van uitlatingen over wetenschap van de behandeling of fysieke toestand van de patiënten. Dit geldt ook voor patiënten waarvan hij weet dat zij zijn behandeld in het ziekenhuis waar hij werkzaam is, maar aan wie hij persoonlijk geen medische zorg heeft geboden”. Ook al gaat het Tuchtcollege er niet van uit dat de verpleegkundige diens oud-docent opzettelijk heeft willen beschadigen, het rekent hem aan dat hij zich geen rekenschap heeft gegeven van de impact van het plaatsen van het bericht op Facebook.
De tuchtrechter refereert niet aan de Handreiking voor verpleegkundigen en verzorgenden: Hoe gebruik je sociale media op een verantwoorde manier? Een aanbeveling luidt: “Als verpleegkundige/verzorgende ga ik zorgvuldig om met vertrouwelijke informatie over de zorgvrager. Ik deel online geen vertrouwelijke informatie.” Een vergelijkbare aanbeveling is overigens te vinden in de Handreiking Artsen en Social Media van de KNMG.
Dat ook op social media het beroepsgeheim niet geschonden mag worden ligt voor de hand, maar kan al likend en chattend toch makkelijk vergeten worden. Het was maar een klein bericht op Facebook van de verpleegkundige in kwestie, met kennelijk toch onaangename gevolgen voor klager, of althans heeft het bericht van zijn oud-leerling hem danig geprikkeld. Dergelijke gevolgen zijn vaak niet ingecalculeerd bij het drukken op “send”, zo blijkt maar weer.
Stuur deze pagina door >>
Opinie
DSM-5 is nuttig, maar wordt vaak
verkeerd gebruikt
Classificeren via de DSM-5-systematiek is ooit bedacht om klinische professionals en wetenschappers een gemeenschappelijke taal te laten spreken over de aandoening van een cliënt. En om gerichter wetenschappelijk onderzoek te kunnen doen. Marc Verbraak: 'DSM-5 is een nuttig instrument, maar wordt vaak verkeerd gebruikt.' ... Meer
Wat doet Rivierduinen en waarom het leuk is om daar te werken
Audrey van Schaik is sinds half oktober 2022 bestuurder van GGZ Rivierduinen. Zij trad tegelijk met Sam Schoch aan als raad van bestuur en samen staan zij bekend als verbinders en ervaren zorgbestuurders. Audrey is psychiater en heeft jarenlange leidinggevende ervaring binnen diverse onderdelen van verschillende ggz-organisaties. ... Meer
Breng de waarheid boven tafel
Stel, je bent leidinggevende en een medewerker vertelt dat er een structureel probleem is op de afdeling. Natuurlijk neem je dat serieus. Tegelijkertijd loont het om het verhaal in twijfel te trekken. ... Meer
Let op: de Anti-spam code is slechts 15 minuten geldig.
Tip: als u een reactie met veel woorden heeft, typ deze dan eerst in Word en plak hem vervolgens in het Reactieveld hieronder.